De “migratieketen” is gedefinieerd als een samenwerkingsverband van ketenpartners dat taken uitvoert in het kader van de vreemdelingenwet 2000. Deze nationale juridische kaders staan niet op zich, maar zijn en worden in toenemende mate onderdeel van een groter Europees stelsel met juridische kaders. Europese verordeningen en afspraken op het gebied van asiel, migratie en grenzen (en de doorwerking ervan in nationale wetgeving) worden steeds belangrijker. Denk aan het Migratiepact of de verordeningen onder Grenzen en Veiligheid (die verwerkt worden in de invoeringswet grenzen en veiligheid).
Dit heeft ook impact op de ketensamenwerking. De migratieketen is geen eiland op zich, maar staat steeds meer in verbinding met Europese systemen en Europese partners, meestal via Europese standaarden. Interoperabiliteit met Europa is dan ook een belangrijk thema voor de migratieketen in de komende jaren.
In het European Interoperability framework (EIF) zijn er 4 niveaus van interoperabiliteit: legal, organisational, semantic en technical interoperability. In deze ketenarchitectuur richten we ons met name op de semantische en technische interoperabiliteit met Europese standaarden en voorzieningen.
Onderstaande figuur toont schematisch de principes bij dit thema (zie de legenda voor uitleg).
Principes onder dit thema
Onder dit thema vallen de volgende principes. Elk principe wordt kort toegelicht in termen van rationale, implicaties en aandachtspunten.
3A
De keteninformatievoorziening wordt ontwikkeld in lijn met het breder Europees geheel
Toelichting
De keteninformatievoorziening staat niet op zich, maar maakt deel uit van een breder Europees stelsel. Door dit Europese perspectief als uitgangspunt te nemen wordt samenwerking in Europa eenvoudiger en kost het implementeren van nieuwe wijzigingen minder inspanning.
Dit betekent niet dat we alles kunnen of willen overnemen. Soms is koppelen door te ontkoppelen ook een goede strategie. Europa gaat bijvoorbeeld anders om met Identiteiten dan Nederland (Europa kent geen leidende identiteit).
Rationale
Als de keten steeds meer deel gaat uitmaken van een breder Europees stelsel; dan geldt dit dus ook voor de keteninformatievoorziening. Door het Europese perspectief integraal mee te nemen bij het ontwerp en de doorontwikkeling van de ketenvoorzieningen, zijn we beter in staat om aan te sluiten op Europese voorzieningen en partners en wordt het implementeren van toekomstige wijzigingen makkelijker. Zo worden we intereuroperabel (interoperabel in Europees verband). Ook werkt dit principe als drijfveer voor verbetering. Hoe beter de Nederlandse keteninformatievoorziening op orde is, hoe makkelijker het aansluiten op Europese voorzieningen en regelgeving wordt.
Implicaties
Op gegevens die in Europese registraties worden geregistreerd, wordt het principe ‘halen bij de bron’ maximaal toegepast. We leggen hiervan geen schaduwkopieën vast.
Europese standaarden (semantisch, technisch) genieten, indien mogelijk, de voorkeur boven nationale standaarden (maar dit betekent niet dat we automatisch alle Europese standaarden volgen)
Gegevens in Nederlandse registraties zijn, indien van toepassing, op een eenduidige manier gerelateerd aan Europese gegevens
Voor de gebruiker van de ketensystemen is er geen onnodig onderscheid tussen gegevens die uit een Nederlandse of Europese registratie komen.
Aandachtspunten
Uiteraard moet dit principe geleidelijk geïmplementeerd worden. Bij nieuwe ontwikkelingen of grote aanpassingen kijken naar het Europese perspectief. Bij geen of kleine wijzigingen zal het niet nuttig zijn bestaande ketenstandaarden te vervangen.
Er zijn nog altijd groepen vreemdelingen die wij wel kennen, maar die niet in een Europees systeem zijn opgenomen (bv EU-burgers)
3B
De keten sluit gestandaardiseerd aan op de Europese voorzieningen
Toelichting
Als keten sluiten we vanuit diverse bedrijfsprocessen bij de ketenpartners aan op Europese voorzieningen of andere landen. Het aansluiten via één centraal punt met helder gedefinieerde koppelvlakken is efficiënter qua tijd en kosten voor de gehele migratieketen en biedt andere voordelen door het centraliseren van transformatie, orkestratie en validatiefuncties.
Ook at design-time, dwz. bij het opstellen van de specificaties en het implementeren van de voorzieningen participeren we als keten gecoördineerd en gestandaardiseerd: we spreken met één stem richting Europa en we sluiten op één manier aan.
Rationale
Als we richting Europa met één mond spreken, staan we sterker. Door gestandaardiseerd aan te sluiten voorkomen we dat iedere ketenpartner zelf de Europese standaarden gaat interpreteren.
Implicaties
Er is een partij die namens de keten regie voert op de Europese ontwikkelingen en voorzieningen
De nodige governance hiervoor is ingericht
Er is één punt (loketvoorziening) om vanuit de keten te koppelen met Europa.
Op de loketvoorziening kan vertaling en/of verrijking van de Europese berichten plaatsvinden.
Het koppelvlak op deze loketvoorziening zal door alle ketenpartners moeten worden gebruikt en is de facto de Nederlandse standaard voor communicatie met de Europese systemen (maar hier geldt ook principe 3A: bij gelijke geschiktheid heeft de Europese standaard de voorkeur).
Aandachtspunten
Het is wel nodig om de eigen keten te beschermen tegen vertragingen en misvattingen die voortvloeien uit de complexe Europese samenwerking. Daarom moeten de interfaces met Europa kunnen omgaan met zulke eventualiteiten.
3C
De keten heeft het adaptief vermogen om in te spelen op (Europese) veranderingen
Toelichting
Flexibiliteit, wendbaarheid, adaptief vermogen: allemaal termen om aan te geven dat de keteninformatievoorziening voorbereid moet zijn op wijzigingen in processen, standaarden of systemen uit Europa.
Dit kan in de vorm van nieuwe verordeningen of nieuwe EU-databases, maar ook bv. door nieuwe bilaterale gegevensuitwisselingen in lidstaten. Of een ander gebruik van bestaande systemen of uitwisselingen voor een nieuwe beleidsprioriteit.
Uiteraard is het onmogelijk om op alles voorbereid zijn. Het is echter wel mogelijk om systemen zo te ontwerpen dat aanpassingen makkelijk gedaan kunnen worden (‘build for change’) en te zorgen dat ketensystemen actief onderhouden worden zodat dat wijzigingen vlot kunnen worden doorgevoerd, en niet eerst nog een technische schuld weggewerkt moet worden.
Hoewel dit de afgelopen jaren met name relevant is geworden in relatie tot de Europese ontwikkelingen is dit eveneens relevant voor wijzigingen die vanuit andere hoeken op de migratieketen af komen, denk hierbij aan onder andere de Nederlandse politiek en rechtspraak.
Rationale
Adaptief vermogen helpt om problemen te voorkomen die ontstaan door onverwachte wendingen in de wereld en de EU in het bijzonder.
Implicaties
De keteninformatievoorziening (en systemen van ketenpartners) worden ontworpen met zelfstandige componenten die een deel van de informatievoorziening ondersteunen in plaats van enkele monolieten
Interfaces tussen deze componenten worden goed gedocumenteerd met standaard servicecontracten en protocollen.
Proces en businesslogica wordt waar mogelijk gescheiden van de vastlegging van gegevens
Keteninformatiesystemen worden actief onderhouden, zodat er geen sprake is van een remmende technische schuld bij het implementeren van nieuwe wijzigingen
Aandachtspunten
Deze pagina is voor het laatst bewerkt op 9 mei 2023 om 18:32.